Een diverse columnist
Ik ben columnist bij een populair radioprogramma. Vorige maand hoorde ik dat het programma op zoek is naar meer diversiteit in hun aanbod columnisten. Ik begreep dat wel, want bijna alle columnisten zijn, net als ik, man en van Hollandse afkomst en van middelbare leeftijd.
Overigens vond ik het enigszins confronterend om te horen, vooral dat middelbare leeftijd, maar ik kon het niet ontkennen, ik ben 54 en ook al voel ik me meestal niet zo, ja wel als ik met twee vingers op mijn iphone probeer een bericht te typen en dan steeds kim ipv kom typ, of als ik ’s nachts om de tien minuten van kant moet wisselen omdat de pijn in mijn schouders ondragelijk wordt, maar verder voel ik mij 34. Hoe dan ook, er staat nou eenmaal 54 in mijn paspoort en om daar nou een rechtszaak over te voeren is ook zo sneu.
Er werd dus gezocht naar een meer diverse columnist. Een vrouw dus leek mij, of een homoseksueel, een lesbienne, een transgender en het liefst met een migratie achtergrond en jonger dan middelbaar. Een mooi streven, vond ik, ook al betekende het dat ik af en toe mijn plaats zou moeten afstaan. Maar kom op, dacht ik, als je vindt dat dingen moeten veranderen, moet je ook bereid zijn de consequenties te aanvaarden. Anders gebeurt er nooit wat. Het streven naar meer diversiteit past ook goed bij de omroep die het programma maakt, die is van oudsher links, vooruitstrevend en tegen onrecht in de wereld. En dit was natuurlijk een flagrant onrecht: al die blanke, middelbare mannen die hun meninkjes maar mogen geven.
Ik begon te fantaseren wie de nieuwe columnist zou worden. Fidan Ekis, dacht ik. Die is van Turkse afkomst, is vrouw en is jong. Of Nazmiye Oral. Soundos El Ahmadi, Iris van Lunenburg. Of, als er geen vrouw met een migratieachtergrond te vinden zou zijn: Eva Crutzen, Femke van der Laan, Milou Deelen, Nynke de Jong, Ellie Lust. Of in het uiterste geval, als er geen vrouw te vinden zou zijn: Roue Verveer, Howard Komproe, Rayan Pandra, Daniel Arends, Bura Gedrik, Glodi Lugungu. Mogelijkheden zat, dacht ik. En wie wil dit nou niet: wekelijks op de radio in een topprogramma.
Ik was dan ook ontzettend benieuwd toen twee weken geleden de nieuwe columnist zijn opwachting maakte. Ik zette de radio harder. Onze nieuwe columnist, klonk het, is…. Dolf Jansen.
Ik viel bijna van mijn stoel. Gelukkig niet echt, want op mijn leeftijd breek je al gauw wat. Dolf Jansen? Maar die was toch man? En die was toch van mijn leeftijd? En die had toch Hollandse roots? Blijkbaar ging Dolf iets onthullen. Misschien had hij zijn haar in alle kleuren van de regenboog geverfd om te verbergen dat hij eigenlijk zwart kroeshaar had. Misschien was ie toch homoseksueel. Misschien ging hij zich laten ombouwen?
Maar nee, zijn column ging over het feit dat hij zo blij was dat hij bij dit programma columns mocht doen. Het was een hartstikke goeie column: spits, geestig, actueel. Niet zo raar ook, bedacht ik me, want Dolf doet al dertig jaar columns. En werkt al dertig jaar bij dezelfde omroep die zich, net als hij, druk maakt over maatschappelijke onderwerpen, zoals bijvoorbeeld diversiteit.
Toen ik over mijn eerste verbazing heen was bedacht ik me dat het zo altijd gaat: waarom denk je dat er zo weinig vrouwen in de top van het bedrijfsleven zitten? Waarom denk je dat er zo weinig mensen met een migratie achtergrond in de culturele sector werken? Omdat de meeste mensen uiteindelijk toch het liefst in hun eigen vijver vissen. Omdat de meeste mense, hoe progressief hun woorden ook, in wezen oerconservatief zijn.
Misschien, dacht ik, is het een idee om Felix Meurders te vragen columnist te worden. Die is weliswaar man en met Hollandse roots, maar hij is in ieder geval niet van middelbare leeftijd.








